Leg een schelp tegen je oor en Als je stil bent, kan je horen Diep daar binnen ruist de zee De zee die eeuwig zingt En die als je heel goed luistert Zo veelbelovend fluistert
En de golven springen op Als witte paarden in de branding En rollen voor je voeten In kristallen waaiers uit En de golven laten allemaal Hun schelpen zachtjes vallen Met een rinkelend geluid
O, de zee belooft je reizen Naar de verre paradijzen In de blauwe oceaan Maar veel van wat de zee belooft, blijkt even later Geschreven met zout water (En de wind veegt het weer uit)
Maar ergens ligt het eiland Waar de meisjes 's avonds dansen En de snoeren witte schelpen Op hun warme bruine huid Hoor je als ze dansend draaien Zachtjes om hun heupen zwaaien Met een rinkelend geluid
Maar veel van wat de zee Belooft, blijkt even later Geschreven met zout water (En de wind veegt het weer uit)